Persbericht 6 september 2021.
Sociaal wonen: Limburg kiest voor 1 woonactor met een sterke centrale organisatie en een decentrale en toegankelijke dienstverlening.
Vlaams Regeerakkoord: 1 woonactor per gemeente.
“We voegen tegen 1 januari 2023 sociale huisvestingsmaatschappijen en sociale verhuurkantoren samen in één woonactor met maar één speler per gemeente”.
Dit korte zinnetje uit het Vlaams Regeerakkoord 2019-2024 betekende de start van een intens en uitdagend traject dat de maatschappijen en lokale besturen de komende jaren zullen doorlopen.
Elke woonmaatschappij moet in een uniek, niet-overlappend werkingsgebied opereren. De eerste stap richting een woonmaatschappij is de vorming van werkingsgebieden. De lokale besturen krijgen daarbij een trekkersrol toegewezen.
Om bij de afbakening van een werkingsgebied tot een gedragen advies te komen moeten de betrokken gemeenten als groep van gemeenten tot een gezamenlijk advies komen. Dit advies moet ten laatste op 31 oktober 2021 beslist zijn door de gemeenteraden van elk deelnemend bestuur.
In Limburg, met zijn 42 gemeenten, gaat het over 9 socialehuurmaatschappijen, 3 socialekoopmaatschappijen en 7 sociale verhuurkantoren (SVK’s).
Limburgs overleg: 1 Limburgse woonmaatschappij voor de uitdagingen van de toekomst.
De uitdagingen rond sociaal wonen zijn enorm, op tal van terreinen: socio-demografisch, duurzaamheid en klimaat, ruimtelijke ordening, socio-economische ontwikkelingen, ...
Concreet betekent dit o.m. blijvend investeren in de bouw en vernieuwbouw van woningen om de lange wachttijden terug te dringen en nieuwe woningnoden in te vullen, renoveren en verder verduurzamen en energie-arm maken van bestaande woningen, (kandidaat-)huurdersbegeleiding, betrokkenheid in sociale wijken, zoeken naar nieuwe en innovatieve woonvormen, …
Na grondig overleg tussen de Limburgse politieke partijen die deel uitmaken van de besturen van de sociale huisvestingsmaatschappijen (CD&V, N-VA, Open VLD en Vooruit) wordt daarom voorgesteld de betrokken maatschappijen en organisaties onder te brengen in 1 sterke, toekomstgerichte Limburgse woonmaatschappij. We stoelen deze nieuwe Limburgse woonmaatschappij op 2 pijlers: een sterke centrale organisatie en een decentrale en toegankelijke dienstverlening waarin de klant centraal staat.
Door het samenbrengen van de grote expertise en kennis bij het personeel van 19 huisvestingsmaatschappijen en SVK’s en door het organiseren van een sterke back-office (organisatie, ICT, financiën, HR, logistiek, aankoop, …) kunnen we nog beter de uitdagingen van het sociaal wonen van de toekomst voor meer Limburgers aangaan. Hiervoor is een sterke organisatie nodig met een doorgedreven specialisatie en een grote bedrijfseconomische efficiëntie om de beschikbare middelen zoveel als mogelijk aan haar kerntaken te kunnen besteden.
Met de keuze voor 1 Limburgse woonactor brengen we alle maatschappijen samen in 1 maatschappij. Hierdoor vermijden we complexe overdrachten van activa (woningen, financiën, …) en personeel. Bovendien komen we hiermee tegemoet aan de gewenste vereenvoudiging en betere stroomlijning van het bestuurlijk landschap.
Naast de vorming van een sterke back-office-organisatie stellen we ons als doel om een decentrale werking te ontplooien. Deze moet garant staan voor een snelle, herkenbare, vertrouwde en nabije dienstverlening.
We denken dan minimaal aan geregelde spreekuren en woonloketten in de Limburgse gemeenten waar huurders, kandidaat-huurders, kopers en kandidaat-kopers op 1 plaats rechtstreeks terecht kunnen voor al hun vragen, zowel voor koop als huur. Ook zij die niet in de mogelijkheid zijn om via mail of website hun vragen over te maken, kunnen hier verder geholpen worden en de dienstverlening krijgen waar ze recht op hebben.
Verdere besluitvorming
Aan de Limburgse bestuursmeerderheden in de gemeenten zal voorgesteld worden een beslissing in die zin voor te leggen aan het lokaal woonoverleg en vervolgens aan de gemeenteraden, en naar analogie hiermee ook aan de bestuursorganen van de verschillende woonactoren.
Het is vervolgens aan de Vlaams minister van Wonen Matthias Diependaele om een definitieve beslissing te nemen omtrent de afbakening van het werkingsgebied, als opstap naar 1 Limburgse woonactor.
Verder traject
In het verdere traject staat voorop dat we rechtszekerheid willen geven aan zowel de (kandidaat-) huurders, verhuurders (SVK) als (kandidaat-)kopers. De rechten waarop zij zich kunnen baseren uit de lopende overeenkomsten en de wachtlijsten worden gerespecteerd.
Ook de andere betrokkenen zullen maximaal geïnformeerd en betrokken worden bij de totstandkoming van de ene Limburgse woonactor. We denken dan in eerste instantie aan de personeelsleden van de verschillende maatschappijen.
We zijn er ons van bewust dat dit een ingrijpende oefening tot integratie is op tal van domeinen, zo o.m. personeel en HR, logistiek, ICT, patrimoniumbeheer, financiën, …
De komende weken zal verder overleg gevoerd worden met de voorzitters en directies van de huur- en koopmaatschappijen en SVK’s om samen het verdere traject en een concreet plan van aanpak naar een integratie tot 1 Limburgse woonactor voor te bereiden.
Namens de 4 partijen
Raf Drieskens
0479/947237
CD&V Limburg