De afgelopen legislatuur ( 2018-2024) was voor onze Provincie Oost-Vlaanderen - na de uitvoering van de Staatshervorming - een nieuwe start met meer grondgebonden bevoegdheden en met het overhevelen van de persoonsgebonden bevoegdheden naar Vlaanderen.
De deputatie werd afgeslankt naar 4 leden, de provincieraad naar 36 leden.
Namens cd&v hebben we Filip Van Laecke als gedeputeerde (die Leentje Grillaert opvolgde), Phaedra Van Keymolen als provincieraadsvoorzitter en Joop Verzele als fractievoorzitter, die samen met Hilde De Sutter, Henk Heyerick, Filip Liebaut en Jurgen Goossens het provinciaal beleid mee vorm geven.
Het meest in het oog springende project is de realisatie van het nieuwe Provinciehuis, in de oude Leopoldskazerne in Gent waar zowel het politieke als administratieve luik samengebracht werd.
Het provinciebestuur werd tweemaal uitgeroepen tot “best working place”!
De provincie speelt een belangrijke rol in de educatie van kinderen en jongeren via het aanbieden van onderwijs. Levenslang leren is de kern hiervan. In functie van meer efficiëntie waren er fusies. Alle scholen werden onderverdeeld in Kiempunten (buitengewoon kleuter- en lager), Richtpunten (secundair) en Groeipunten (volwassenen).
De provincie is een gangmaker in het faciliteren van Europese programma’s en subsidies zoals Leader, EFRO, plattelandsprojecten, Interreg, enz.
De Haven van Gent en de Waaslandhaven worden ondersteund door de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij en verschillende administraties. Ook het koppelgebied met de Kanaalgemeenten werd ecologisch beheerd. Transport en bloeiende bedrijven zijn kernpunten.
De dienst economie ondersteunt onder meer lokale besturen bij hun detailhandelsbeleid terwijl de Economische Raad voor Oost-Vlaanderen (EROV) focust op de middenstanders, vrije beroepen en streekproducten.
Hoofdstad Gent werd vanuit de provincie specifiek gesteund met projecten zoals o.a. Gent Bio Base Europe Pilot Plant, Fabriek Logistiek, Ugent Water Industrie, enz. Het Parkbos in en rondom Gent is een ecologisch modelproject.
Oost-Vlaanderen wil een echte fietsprovincie zijn en heeft hiervoor fietssnelwegen, lange afstandsfietspaden, bruggen en mobipunten aangelegd, verlicht en gesubsidieerd. Dit is ook voor het toerisme belangrijk, gecombineerd met de promotie van streekproducten die de lokale keten versterken.
De provinciale domeinen en erfgoedsites kregen elk op hun beurt een opfrissingsbeurt en kende uitbreidingen van gebouwen en werking.
De provincie wil ook klimaat-robuuster worden. Onder meer door het voeren van een integraal waterbeleid met beheer van 1660 km aan onbevaarbare waterlopen, inrichten van overstromingsgebieden en bufferbekkens, ondersteunen van polders en wateringen, enz.
Zowel de landbouwsector als het platteland mogen de provincie als hun partner weten. Met diverse financiële ondersteuningsinstrumenten voor zowel land- en tuinbouw als voor plattelandsgemeenten.
Met RATO is er een organisatie die dierlijke en plantaardige exoten in het wild bestrijdt waaronder de Aziatische hoornaar.
Oost-Vlaanderen participeert in diverse organisaties zoals bijvoorbeeld huisvestingsmaatschappijen, vervoerregio’s en Waalse Krook.
Met de provinciale uitleendienst worden vele verenigingen ondersteund met (audio-visueel) materiaal en tentoonstellingsmateriaal.
Het Ruimteplan van Oost-Vlaanderen werd in zijn grote principes uitgedacht en zal in de volgende legislatuur in concrete uitvoeringsplannen moeten gegoten worden. Dit wordt samen met alle lokale besturen in consensus opgemaakt.
Oost-Vlaanderen blijft haar inwoners, ondernemers en bezoekers alle kansen geven.